Een groot deel van de houdingen wordt aangebracht volgens de methode van Krishnamacharya: een vaste opeenvolging van houdingen (vinyasa) leidt naar een centrale houding. Hierdoor wordt het lichaam op een dynamische manier uitgedaagd, versterkt en in evenwicht gebracht. Overtollige energie wordt afgevoerd en er ontstaat een gevoel van flow. De ademhaling loopt synchroon met de houdingen. Ademhaling, aandacht en concentratie worden vanzelf geoefend.
De les wordt altijd afgesloten met relaxatie: bodyscan, visualisatie, yoga nidra. Zo krijgt het ichaam de kans de oefeningen te laten doorwerken en hun helende werking toe te laten.